23 Mai Vakantiegeld voor gepensioneerden 2023
Zoals dit gebeurt voor de actieven, ontvangen ook de gepensioneerden uit de privésector en de overheidsambtenaren een vakantiegeld in de loop van de maand mei, samen met het wettelijk pensioen.
Aan gepensioneerde werknemers wordt tijdens het eerste jaar pensioen nog geen vakantiegeld betaald, tenzij zij gedurende het hele jaar voordien enkel een vervangingsinkomen ontvingen (werkloosheidsuitkering, ziekte-uitkering, invaliditeit, brugpensioen).
Vanaf het 2e jaar pensioen ontvangen zij een vakantiebedrag, maar gebaseerd op het aantal pensioenmaanden van het jaar tevoren.
Het vakantiegeld bedraagt maximum het wettelijk pensioenbedrag van de maand mei.
Het vakantiegeld bedraagt :
– 1.098,40 € bruto als men een alleenstaandenpensioen ontvangt of een overlevingspensioen;
– 1.373,00 € bruto als men een gezinspensioen krijgt.
De ambtenaren ontvangen onder bepaalde voorwaarden van leeftijd en pensioenbedrag (als dit beneden een bepaald bedrag ligt), een enkel vakantiegeld en eventueel een aanvullend bedrag (als zij een gewaarborgd minimumsupplement ontvangen) op de 1e mei van het lopende jaar.
Het bedrag van het enkel vakantiegeld bedraagt:
– 311,14 € als men een alleenstaandenpensioen krijgt of een overlevings- of wezenpensioen krijgt
– 414,85 € bij gezinspensioen
Het bedrag van het aanvullend vakantiegeld bedraagt:
– 470,39 € als men een alleenstaandenpensioen ontvangt of een overlevingspensioen
– 564,03 € als men een gezinspensioen krijgt.
Gepensioneerde zelfstandigen krijgen geen vakantiegeld. Onder bepaalde voorwaarden kunnen zij een welvaartspremie krijgen of een bijzondere uitkering, of een pensioensupplement.
De belasting op het vakantiegeld ligt hoog omdat de belasting in 1 keer wordt afgehouden (en dus niet gespreid over 12 maanden).