08 Juil Welvaartsaanpassing sociale uitkeringen
De sociale partners hebben een akkoord bereikt over de aanpassing van de welzijnsenveloppe die het mogelijk maakt de sociale uitkeringen te verhogen. Het budget bedraagt 700 miljoen euro voor de periode 2021-2022.
De verhogingen betreffen pensioenen, werkloosheidsuitkeringen, ziekte- of arbeidsongeschiktheidsuitkeringen, naast indexatie,
vanaf 1 juli 2021 en zijn dus voor:
– Minimumpensioenen van 2%, ongeacht de geplande verhoging voor de laagste pensioenen (in 2021, 2022, 2023 en 2024);
– Minimum werkloosheidsuitkeringen, voor volledig werklozen, tijdelijke werkloosheidsuitkeringen, SWT en integratietoelagen, van 2% voor samenwonenden, 2,4% voor alleenstaanden en 3,5% voor gezinshoofden en tijdelijke werklozen;
– Minimumuitkeringen bij ziekte of invaliditeit van 2,5% voor gezinshoofden en 2% voor andere minimumvergoedingen;
– Voor zelfstandigen die genieten van een proportioneel ouderdomspensioen (niet op basis van minima) een verhoging van 1,7%, zowel voor oude als recente pensioenen.
– Toekomstige zelfstandige gepensioneerden, een aanvulling van 1,7% (om de waarde van de loopbaanjaren vóór 2021 te verhogen);
– Voor sociale bijstand, een verhoging van 2% voor het leefloon, de inkomensvervangingstoelage (voor mensen met een handicap) en voor de inkomensgarantie voor ouderen (IGO).
Andere verhogingen:
– de aanpassing van het vakantiegeld voor gepensioneerden met 6,5%;
– Pensioenen ingegaan in 2016 en 2017 met 2%;
– uitkeringen die vóór 2006 van kracht zijn geworden van 1,2%