De COVID-19-pandemie heeft als een elektroschok gewerkt voor duizenden werknemers van boven de 50 in België en Frankrijk. Tussen burn-out, het herdenken van prioriteiten en het streven naar een beroep dat meer afgestemd is op hun waarden, hebben velen deze crisis aangegrepen als een kans voor heruitvinding. Hun getuigenissen onthullen een diepe trend: de zoektocht naar zingeving gaat nu voor op financiële zekerheid, zelfs ten koste van offers.

COVID, onthulling van professioneel onwelbehagen

Voor Christine, 50 jaar, drie decennia lang laborante in de bacteriologie, was de pandemie een keerpunt. Blootgesteld aan het virus zonder adequate bescherming, voelde zij een "schrijnend gebrek aan erkenning". Haar eco-verantwoordelijke atelier "Sauveurs de rêves" (Redders van dromen), waar zij meubels renoveert met natuurlijke producten, symboliseert deze breuk: "Na het redden van levens, red ik nu meubels", vertrouwt zij toe. Haar traject illustreert een breder fenomeen: COVID heeft de moeilijke werkomstandigheden verscherpt, vooral in de gezondheidszorg.

In België toont een studie van de vzw COVID Long Belgique dat 17% van de patiënten met long COVID hun baan heeft verloren, wat senior werknemers nog kwetsbaarder maakt. Vanessa, een Belgische verpleegster van 50 jaar in de intensieve zorg, beschrijft extreme uitputting: "Na een werkdag ben ik volledig uitgeput. Gelukkig houd ik het overdag vol omdat adrenaline door mijn aderen stroomt." Velen, zoals Nadège, zelfstandig verpleegster, hebben zich gewend tot hybride beroepen, zoals eco-verpleegster, waarbij zorg en ecologie worden gecombineerd.

Terugkeer naar opleiding: een uitdaging, maar geen barrière

Omscholen na je 50ste houdt vaak een terugkeer naar de schoolbanken in. Jean-Philippe, voormalig kader in de farmaceutische industrie in Frankrijk, gebruikte zijn Compte Personnel de Formation (CPF) om een Master in milieumanagement te financieren. "Op je 50ste leer je niet meer zo snel als op je 20ste! Ik heb veel weekends opgeofferd om mijn cursussen te bestuderen", erkent hij. Inderdaad, 13% van de 50-64-jarigen in Frankrijk overweegt een carrièreswitch, tegenover 39% bij de 18-24-jarigen en 15% bij de 35-49-jarigen. Dit cijfer wordt gedeeltelijk verklaard door de nabijheid van het pensioen en een toegenomen perceptie van obstakels voor omscholing op deze leeftijd. In België heeft Martine Bouchat, bijna 50, haar bedenking overwonnen om kleuteronderwijzeres te worden: "Je durft meer, je laat je minder uit het veld slaan. Je hebt wat meer uitstraling en autoriteit."

Structuren zoals Transitions Pro in Frankrijk of Duo For a Job in België begeleiden deze transities en bieden financiële en psychologische ondersteuning. Brahim, voormalig vrachtwagenchauffeur, kon zo zijn transportbedrijf oprichten dankzij een opleiding van vier maanden. "Recruiters geven de voorkeur aan het aannemen van jongeren", benadrukt hij, en herinnert aan de aanhoudende leeftijdsdiscriminatie.

Ondernemerschap, een ontsnapping aan glazen plafonds

Geconfronteerd met de moeilijkheden van het werknemerschap, wenden velen zich tot het ondernemerschap. Sophie, 51 jaar, verliet de bedrijfswereld voor een biologische permacultuurboerderij, waarbij zij "een diepe verbinding met de aarde" terugvond. Paul, voormalig Belgische financier, werd meubelmaker, terwijl Joël, chauffeur-bezorger in Frankrijk, zijn bedrijf in de bouw lanceerde. "De pandemie was een onthulling", legt hij uit.

Deze omschakelingen gaan vaak gepaard met een ecologische dimensie. Mathias, 48 jaar, verliet het onderwijs om zich met zijn verpleegster-partner in het bos te vestigen, en koos voor ecobouw. "We hebben connectie met de natuur nodig", vat hij samen, een gevoel dat door velen wordt gedeeld na de lockdowns.

Structurele uitdagingen, maar oplossingen ontstaan

Ondanks hun vastberadenheid confronteren omgeschoolde senioren met obstakels: financiële onzekerheid, discriminatie, aanpassingsmoeilijkheden. In België benadrukt het Centrum voor onderzoek naar kwalificaties (Cereq) de oververtegenwoordiging van laaggeschoolde werknemers onder werkloze senioren. Sommigen, zoals Corinne, 55 jaar, hebben in hun spaargeld gegrepen om zich te laten opleiden, ondanks de angst voor falen: "Op die leeftijd hebben we wijsheid en ervaring die onze kracht vormen!"

Publieke regelingen, zoals het CPF in Frankrijk of het brugrecht voor zelfstandigen in België, bieden reddingsboeien. Maar ondernemerschap blijft een bevoorrechte oplossing om discriminatie te omzeilen.

Een persoonlijke en maatschappelijke transformatie

Deze omschakelingen zijn niet alleen professioneel, maar existentieel. Eric, 50 jaar, verliet een directeursfunctie bij Bayer om zich te laten opleiden voor humanitair werk: "Het is een roeping die diep in mij geworteld is." Jean-Philippe, overgestapt van farmacie naar duurzame inkoop, ziet er een "impactvolle baan" in.

Op maatschappelijk niveau voeden deze trajecten een groenere en solidaire economie. Christine, met haar recyclage-atelier, draagt bij aan de "bescherming van de bossen", terwijl Sophie lokale en biologische landbouw promoot.

Conclusie: naar een nieuw carrièremodel

De pandemie heeft kwetsbaarheden onthuld, maar ook een opmerkelijke veerkracht bij senior werknemers. Om deze dynamiek te ondersteunen, dringen verschillende pistes zich op:

  • Opleidingen versterken die aangepast zijn aan het leerritme van vijftigplussers.
  • Toegang tot ondernemerschap vergemakkelijken via toegewijde financiering.
  • Leeftijdsdiscriminatie bij rekrutering bestrijden.

Zoals Corinne samenvat: "het leven is te kort" om in een beroep te blijven dat geen zin meer heeft. Deze trajecten belichamen een moedige herdefiniëring van werk na je 50ste, waarbij omscholing niet langer een tussenpauze is, maar een professionele wedergeboorte.