Na Frankrijk en België raakt nu ook Duitsland verstrikt in eindeloze regeringsonderhandelingen over een nieuw hervormingspakket, meldt L’Express. De oorzaak? Een reeks pensioenhervormingen, het Rentenpaket II, dat al lange tijd ter discussie staat. Een van de belangrijkste maatregelen is het behoud van het pensioenniveau op 48% van het gemiddelde inkomen na 2031, gecombineerd met een geleidelijke verhoging van de pensioenbijdragen. Maar 18 verkozenen van de Junge Union (JU), de jongerenorganisatie van de CDU/CSU – de partij van de bondskanselier – dreigen het wetsontwerp niet te steunen.

Volgens deze jonge conservatieven zou het behoud van het huidige pensioenniveau leiden tot meer dan 115 miljard euro extra kosten tegen 2040. “Dit is simpelweg fiscaal onhoudbaar,” klaagt een van hun vertegenwoordigers. De jongeren pleiten daarom voor een verlaging van het pensioenniveau tot 47%. Een recente analyse van de bankgroep LBBW ondersteunt hun standpunt en waarschuwt dat de demografische evoluties in Duitsland een “tijdbom” vormen die het pensioensysteem de komende decennia zwaar onder druk kan zetten.

Het omvangrijke hervormingspakket, uitgewerkt onder de vorige coalitie en overgenomen door de huidige regering CDU/CSU–SPD, moet nog door het Parlement worden goedgekeurd voordat het in werking kan treden.

En precies daar wringt het schoentje. Volgens journalist Théodore Azouze beschikt de regering-Merz “met het coalitieakkoord slechts over een meerderheid van 12 zetels op de 630 in de Bondsdag. Het is dus onmogelijk om de 18 stemmen van de rebellerende jonge parlementsleden, allemaal jonger dan 35 jaar, te missen. Tegelijkertijd moet de bondskanselier ook rekening houden met zijn centrumlinkse coalitiepartners, met wie hij het land bestuurt,” en die vasthouden aan hun standpunt: de hervorming moet ongewijzigd worden aangenomen. “Laat ons helemaal duidelijk zijn: deze wet zal geen enkele verdere wijziging ondergaan,” verklaarde minister van Financiën Lars Klingbeil. “Ze zal door de Bondsdag worden aangenomen.” Een vrome wens, gezien de huidige politieke impasse?

Hoewel het pakket in grote lijnen al in het voorjaar werd goedgekeurd, stokten de vooruitgang en de onderhandelingen door twijfels binnen de coalitie – vooral bij CDU- en CSU-afgevaardigden – over de langetermijnhoudbaarheid en de intergenerationele billijkheid. De jongeren van de CDU/CSU uitten scherpe kritiek en waarschuwden dat de hervormingen een te zware last zouden leggen op jonge werknemers.

Frank Werneke, voorzitter van de openbare dienstenbond ver.di, verwierp dat argument maandag in een persbericht. Hij stelde dat het debat “de realiteit van het leven van miljoenen mensen negeert”, verwijzend naar de lage gemiddelde pensioenen van nieuwe gepensioneerden: 929 euro voor vrouwen en 1.355 euro voor mannen. Hij beschuldigde de Junge Union van “arrogant gedrag” en voegde eraan toe: “Ze handelen absoluut niet in het belang van de jongere generatie. Als het pensioenniveau vanaf 2032 wordt verlaagd, treft dat niet alleen de babyboomgeneratie, maar ook alle volgende generaties.”

Eerder dit jaar bevestigde de Duitse regering bovendien haar voornemen om de verschillende pensioenstelsels van het land te harmoniseren. Deze maatregel moet de nationale pensioenvoorziening veiligstellen, maar stuitte op kritiek bij partijen van alle politieke kleur. In dat kader dringt de regering aan op een snelle parlementaire stemming om automatische neerwaartse aanpassingen van het pensioenniveau volgens de huidige regels te vermijden.

De uitkomst van de stemming wordt nauwlettend gevolgd door de Duitse pensioensector. Die waarschuwde al dat aanhoudende onzekerheid het vertrouwen van burgers verder kan ondermijnen en de langetermijnplanning van pensioenfondsen en hun leden aanzienlijk kan bemoeilijken.